Dhr. Oppeneer was tijdens een zomervakantie in de buurt van Noorlander en besloot even een kijkje te nemen in de showroom. Dat ‘even’ is wat langer geworden: op een zeker moment is hij maar ‘gevlucht’, want hij had nog veel langer kunnen blijven! Het was voor hem een verrassing om te horen hoe goed een digitaal orgel kan klinken. Hij speelt sind 1974 orgel en daarvoor kreeg hij pianoles. Zelf heeft hij nooit een eigen orgel gehad, omdat hij de klank van een digitaal orgel nooit mooi vond. Hij ging altijd in de kerk oefenen op het orgel waar zijn leermeester P.C. Brakman organist was. In 1978 is hij hem opgevolgd en hij is er nog altijd organist.
Bij Noorlander merke hij dat hij een eigen orgel op maat kon laten maken. Hij wilde voor in de huiskamer en voor de begeleiding van koren eigenlijk een écht kistorgel, maar zo’n orgel is heel beperkt en hij wilde ook thuis kunnen studeren. Hij is erg tevreden met het instrument van Noorlander: “Het is in feite een tweeklaviers kistorgel geworden met aangehangen pedaal. Maar door het handklavier uit te trekken komen er twee touchscreens tevoorschijn en daarmee kun je de mogelijkheden heel erg uitbreiden.” Hij beveelt Noorlander aan iedereen aan. Vooral zijn eigen orgel zou hij graag laten zien. Een Hauptwerkorgel is wat hem betreft mogelijk voor elk budget. “Ja, want in feite hoeft een orgel helemaal niet uitgebreid te zijn. Sterker, in de beperking toont zich de meester! Ik denk dat het voor velen een valkuil is om te veel te willen.”
Ook de service heeft hij als uitstekend ervaren. “Omdat mijn orgel een soort ‘prototype’ is, waren veel zaken nog niet ontwikkeld. In goed overleg hebben we tijdens de bouw alles afgesproken en daar was alle gelegenheid voor. Nadien waren er wel wat dingetjes die we toch anders of beter wilden en dat hebben we, opnieuw in goed overleg, tot tevredenheid opgelost.” De kwaliteit van zijn orgel vind hij helemaal prima. Hij heeft inmiddels al een paar keer samengespeeld met een professioneel kamerorkest en die musici waren zeer te spreken over zijn orgel. Koorleden konden niet begrijpen dat er in zijn orgel geen pijpen zitten. Bij het laatste concert met koor en orkest heeft hij bijna alles meegespeeld op zijn eigen orgel. Dankzij zijn nieuwe instrument hoeft hij niet meer naar de kerk om te oefenen. Dat heeft hij inmiddels 45 jaar wel altijd gedaan. “Vooral op de zaterdag is dat een hele verademing! En verder zit ik nu elke dag zeker wel een uur te spelen. Vaak zelfs meer! En dat is te merken aan mijn vaardigheid!”